Terug naar startpagina

 

Vragen van beginners

Vraag:
Beste Martijn,

Wij zijn dit jaar voor het eerst met duiven begonnen, we vliegen met de jongen. Iedereen geeft goede raad (dat is fijn), maar het is allemaal anders! Door de bomen zien we het bos niet meer. Een aantal vragen:

We hebben twee jonge duivenvluchten gehad: 90km, 119km en komende zaterdag 179km.
Op de eerste twee vluchten zijn drie jonge duiven mee geweest, alle 3 terug. Met het opleren van 20 km is 1 van die drie twee dagen weggeweest en kwam sterk vermagerd dit weekend terug. Kan die duif mee op de komende vlucht van 179km over 6 dagen?

De jonge duiven hebben verschillende leeftijden, door omstandigheden, ze kwakkelden met ornithose (Nanne Wolff bezocht). De jonge duiven (jongste is nu 13 weken) die de eerste twee vluchten niet hebben gevlogen, kunnen die ineens de 179km aan? Ze zijn opgeleerd tot 20km. Bij huis vliegen ze weinig (ivm rui?)

De jonge duiven zijn niet verduisterd, de oudste staan nu op 3 of 4 oude pennen, kunnen ze dan nog mee op de 179km?

Hoe kan het dat onze duiven, van een zeer goed vliegende liefhebber, uit zijn kweekkoppels telkens een minuut of 6 te laat zijn voor de laatste prijs terwijl iemand uit onze vereniging een vochtig, vies en klam hok heeft waar zieke duiven tussen zitten er 13 mee geeft en 5 in de prijzen vliegt? Zijn duiven zijn niet opgeleerd (3 keer) en die van ons zijn wel 3 keer per week weggeweest de afgelopen weken.

De grote vraag: Hoe beoordeel je nou of een duif wel of niet mee kan op een vlucht!?!?

Dank, groet,
Bart


Antwoord:
Bart achteraf weet je pas of je de juiste keuze maakt, maar de duiven die alle drie de vluchten al meegingen kunnen in pricipe mee, de duiven opgeleerd tot 20 km zou ik niet meegeven ( risico voor beginner is te groot) wel kunnen deze op kortere vluchten nog mee en eventueel zelf nog wat opleren, de pennenkwestie is bij niet te zwaar weer ( kopwind) kunnen ze mee, ook bij regen beter thuishouden, besef dat uit de beste kweekkoppels van goede liefhebbers ook veel slechte geboren worden, en sommige duiven die laat rijp zijn vliegen als jong minder maar kunnen op latere leeftijd wel weer goed af komen, inmanden is een kwestie van aanvoelen dit moet u als beginneling met vallen en opstaan leren succes

Update aardstralen etc 3
Hoi Martijn,

Ik vind het zeker geen onzin om te denken in termen van wateraders e.d. als een storende bron voor duiven, want die zijn per definitie gevoelig voor schommelingen in de bodemnatuur. Ik bedoel, de wetenschappers weten toch dat onze wonderduiven zo afhankelijk zijn van het aardmagnetisme, plus die van de zon en maan.

Maar als ex-magnetiseur heb ik wel enige ervaring met dit fenomeen en ik heb zelf ook wel eens een melker bezocht met dit soort problemen. Die inderdaad een heel circus aan maatregelen heeft genomen om maar beter te gaan presteren. En ook minder jongen te verliezen.

Ikzelf heb geen hocus pocus dingen aangeraden; zelfs niet de kooi van Faraday, want uiteindelijk zijn wij als mensen/melkers de grootste stoorzenders of positieve energiebronnen voor duiven. Ikzelf als ex-magnetiseur was niet erg geliefd onder de duiven, want ik stoorde hun eigen magnetisme enorm. Maar anderzijds heb ik melkers aan het werk gezien, waar de duiven bij wijze van spreken HOERA riepen als die ze wilde vastpakken. Dit kwam om dat deze melkers - zonder dat ze het zelf wisten - de duiven konden opladen. Ik zal niet te gedetailleerd zijn maar ik kon aan de handbewegingen zien dat zo'n topper "wist" wat hij aan het doen was. Als magnetiseur moest ik dan heel erg mijn best doen om niet iets te vragen. In de vorm van: "...weet je wat je nu aan het doen bent, via het strijken van de duif..?"

Het zou een leuk en interessant experiment zijn om een topper en een krabber samen met een duif in de hand te laten vastleggen door een zeer moderne en goede infrarood camera. Het liefst een die ze bij de NASA ook in gebruik hebben, want die zijn meer dan goed en te vertrouwen. Ik geef je op een briefje dat bij de topper de duif binnen no time de temperatuur overneemt. Kortom, de topper is sterker en dominanter in zijn magnetisme dan de duif. Bij een krabber gebeurt waarschijnlijk precies het tegenovergestelde, die zal in eerste instantie het magnetisme van de duif via zijn handen overnemen of fysiek kopiëren.

Kortom, toppers hebben de gave om hun duiven magnetisch te voeden. Krabbers hebben de pech dat ze hun duiven ontladen in plaats van opladen.

Mvg

Rob


Rob bedankt voor uitvoerige info, eerlijkheidshalve moet ik zeggen ,ik ben niet de expert, maar volg dit met nodige interesse
 

vraag kan men stellen op oomentijn@hotmail.com.

Oudere vragen klik hier....





 

 


 

 

 

 

 

 

Terug naar startpagina